zondag 31 juli 2011

55 De zin van het leven

Wat is de zin van het leven?
Wel, volgens veel geleerden en gewone mensen, welke geloven(!) dat er geen God is, heeft het leven GEEN zin! Als een mens geluk heeft, leeft hij/zij misschien 80 à 90 jaren, sterft dan en verdwijnt dan in de eeuwigheid. Misschien blijft zijn/haar naam nog eeuwen bekend (zoals bijv. Willem van Oranje), maar daar heeft de persoon in kwestie zelf helemaal niets aan: DOOD = DOOD !

Waar komt die gedachte vandaan?
Lees wat de Bijbel hier over schrijft:
“Want de schepping is aan de zinloosheid onderworpen, niet vrijwillig, maar door hem die haar daaraan onderworpen heeft, in de hoop dat ook de schepping zelf zal bevrijd worden van de slavernij van het verderf om te komen tot de vrijheid van de heerlijkheid van de kinderen van God. Want wij weten dat heel de schepping gezamenlijk zucht en gezamenlijk in barensnood verkeert tot nu toe.” (Romeinen 8:20-22 HSV)

Zoals u heeft kunnen lezen in mijn 53ste artikel (over Satan) is de gehele schepping door de zondeval aan hem onderworpen en staan alle ongelovigen, of ze nu willen of niet, onder invloed van deze meester van de zinloosheid.
Het is dus niet onlogisch dat mensen, welke niet in God geloven, het leven als zinloos ervaren. Dit kan natuurlijk resulteren in somberheid, depressies, wanhoop. Ieder jaar plegen er in de Verenigde Staten van Amerika zo'n 30.000 mensen zelfmoord. Dat zijn elke maand zo'n 2.500 slachtoffers oftewel elke 17 minuten beëindigt daar iemand zijn/haar leven.
Er zullen vast wel diverse redenen voor zijn, maar ik kan me goed voorstellen dat mensen die het leven als zinloos ervaren, eerder tot die dramatische stap geneigd zijn dan wedergeboren Christenen, welke overigens ook onder depressies e.d. kunnen lijden.

Als een kind wordt verwekt bevindt het zich, als alles goed gaat, zo'n negen maanden in de baarmoeder, als voorbereiding op het echte leven zoals wij dat kennen. Het zou voor het kind, bij wijze van spreken, toch uitermate teleurstellend zijn als er na die negen maanden "opsluiting", met aan het eind een behoorlijke verdrukking in de vorm van de bevalling, NIETS zou blijken te zijn buiten de veilige bescherming van moeder's lichaam.
Zou het voor u en mij niet uitermate teleurstellend zijn als er na dit leven, met al zijn up's en down's, geen vervolg kwam?
Of is dit leven misschien, net als de periode in de baarmoeder, een tijd van voorbereiding op een volgende periode, zoals bijvoorbeeld de eeuwigheid? Het ongeboren kind weet niet wat er buiten zijn verblijfplaats is, wij kunnen ook niet verder dan de, ons bekende, drie dimensies kijken...

Wat doet een mens met het idee dat het leven geen zin heeft? Dat hij/zij na een x-aantal jaren hier op aarde, in het niets verdwijnt.
Wat gaat zo iemand in de tussentijd doen?
Leven naar de normen van de maatschappij waarin hij/zij geboren is of er maar op los leven: veel eten en drinken, misschien veel sex, kortom: veel genot, want het kan zo maar afgelopen zijn.
Als je vandaag de dag met het openbaar vervoer reist kun je onderweg verhalen horen, in geuren en kleuren, over illegale feestjes die zo'n 20 uren duren, waar je natuurlijk wél een mix van diverse drogerende/oppeppende pillen e.d. voor nodig hebt, waar coke wordt gesnoven enz. enz.
Waarschijnlijk is zo'n feestje zonder die middelen niet leuk....

Ook al heeft een mens nog zulke nobele ideeën over hoe het leven geleefd zou moeten worden, wat baat het hem/haar als het leven toch zinloos is.

Als het leven inderdaad geen zin heeft, God niet bestaat en er dus ook geen opstanding uit de dood is: waar haalt de een dan het recht vandaan om de ander wetten voor te schrijven? Als er geen God is, zijn goed en kwaad toch slechts menselijke definities, welke naar believen kunnen worden aangepast. Wat vijftig jaren geleden nog verkeerd werd geacht, wordt nu toegejuicht.....
Dat is één van de nare bijwerkingen van een democratie: de meerderheid bepaalt de norm.

Hoe treden mensen, gelovend dat er geen God is, de dood tegemoet?
Er zijn er bij die dat heldhaftig doen, anderen willen alleen maar stoer lijken en weer anderen doen het gewoon in hun broek van angst. Zo is er het verhaal over de wijsgeer Voltaire, een vooraanstaand man tijdens "de Verlichting": hij had een gruwelijke hekel aan de kerk, maar vroeg bij zijn sterven toch om een priester. Toen zijn "vrienden" dit verhinderden, ging hij vertwijfeld en vloekend de eeuwigheid in.........
Is dat niet vreemd?
Als er geen God is hoef je toch niet bang te zijn voor de dood?
Knopje om, lichtje uit...

De auteur van de brief aan Hebreeën was bekend met deze doodsangst:
“Omdat nu die kinderen van vlees en bloed zijn, heeft Hij eveneens daaraan deel gehad om door de dood hem die de macht over de dood had - dat is de duivel - teniet te doen, en allen te verlossen die door angst voor de dood gedurende heel hun leven aan slavernij onderworpen waren.” (Hebreeën 2:14-15 HSV)

Het gaat in dit Schriftgedeelte over het verlossende werk van Jezus Christus waardoor mensen bevrijd kunnen worden van hun angst voor het sterven. Het is dus helemaal niet vreemd om, als je je hoop NIET op de Drieënige God van Israël hebt gevestigd, doodsbang te zijn voor de dood.
Is er werkelijk niets na dit leven of is er misschien toch iets...

Wedergeboren Christenen hebben niet die angst voor de dood omdat ze weten dat ze reeds hier op aarde eeuwig leven voor hun ziel hebben ontvangen. Hun lichaam sterft wel en wordt daardoor letterlijk een stoffelijk OVERSCHOT, maar hun ziel verhuist naar Jezus, hun Verlosser.
Wat denkt u van dit voorbeeld uit de geschiedenis:
Tijdens de eerste eeuwen na Christus sterven zijn er hevige vervolgingen geweest in het Romeinse Rijk. Het eerst is dit begonnen tijdens de regering van de wrede keizer Nero (54-68). Deze keizer wilde de stad Rome vernieuwen. Hij vond de oude stad Rome niet passen bij een belangrijke keizer zoals hij zichzelf beschouwde. Daarom bedacht hij een list. Hij liet door helpers de oude stad in brand steken! Nu kon er een nieuwe stad gebouwd worden! Maar om te voorkomen dat het volk hem beschuldigde van de brandstichting bedacht hij nog een list. Deze wrede keizer beschuldigde vervolgens de christenen ervan de stad in brand te hebben gestoken!! En alsof dat nog niet genoeg was liet hij de christenen vervolgen, gevangen nemen en op afschuwelijke wijze ombrengen. Zo werden christenen voor de wilde dieren gegooid, anderen werden aan een paal gespijkerd (gekruisigd). Ook kwam het voor dat deze keizer ’s avonds tuinfeesten hield. Als verlichting van deze feesten werden gevangen genomen christenen gebruikt. Zij werden als fakkels in brand gestoken en langs de tuinpaden neergezet om de gasten van de keizer bij te lichten! Verschrikkelijk! Maar veel van deze christenen stierven zingend! Ze zongen ter ere van Hem Die hun leven gered had van de eeuwige dood. Ze gingen naar de hemelse heerlijkheid waar ze altijd bij hun Zaligmaker mochten blijven, zonder vervolgingen!

Jezus vertelde het Joodse volk niet bang te zijn voor de lichamelijke dood:
“En wees niet bevreesd voor hen die het lichaam doden en de ziel niet kunnen doden...” (Mattheüs 10:28a HSV)

maar wel rekening te houden met de Schepper van hemel en aarde:
“...maar wees veeleer bevreesd voor Hem Die zowel ziel als lichaam te gronde kan richten in de hel.” (Mattheüs 10:28b HSV)

Als een mens bewust het verzoenende offer van Jezus afwijst komt hij/zij eenmaal voor de troon van de Almachtige te staan, want er komt een opstanding uit de dood en er komt een Oordeelsdag:
“En zoals het voor de mensen beschikt is dat zij eenmaal moeten sterven en dat daarna het oordeel volgt,” (Hebreeën 9:27 HSV)

(Als u over deze opstanding meer wilt lezen verwijs ik u naar mijn artikelen 51 en 52 over de wederkomst van Jezus en het Duizendjarig Rijk)

Hoe anders is het leven voor iemand die wél in de God van Israël gelooft en Jezus Christus als zijn/haar Verlosser heeft aangenomen. De Almachtige verandert niet en blijft trouw aan Zijn beloften:
“Elke goede gave en elk volmaakt geschenk is van boven en daalt neer van de Vader der lichten, bij Wie er geen verandering is, of schaduw van omkeer.” (Jakobus 1:17 HSV)

“Want Ík, de HEERE, ben niet veranderd...” (Maleachi 3:6a HSV)


Wat God belooft zál ook gebeuren!
De Almachtige heeft beloofd dat er een Verlosser zou worden geboren in Bethehem en die geboorte viert de wereld nog elk jaar: het Kerstfeest!:
“En u, Bethlehem-Efratha, al bent u klein onder de duizenden van Juda, uit u zal Mij voortkomen Die een Heerser zal zijn in Israël. Zijn oorsprongen zijn van oudsher, van eeuwige dagen af.” (Micha 5:2 HSV)

Messias Jezus, over Wiens geboorte het hier gaat, heeft voor ons de weg naar de Vader vrijgemaakt door voor ons te sterven aan het kruis op Golgotha. Hij is dé Hogepriester die ons met de Almachtige heeft verzoend door Zijn bloedoffer. Een ieder die dit gelooft zal eeuwig leven:
“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.” (Johannes 3:16 HSV)

Dát is de hoop welke verankerd is in de ziel van de oprechte Christenen!

Wat is nu werkelijk de zin van het leven?

De apostel Paulus kreeg de volgende woorden van God door:
“De God Die de wereld gemaakt heeft en alles wat daarin is, Deze, Die een Heere van de hemel en van de aarde is, woont niet in tempels die met handen gemaakt zijn. Hij wordt ook door mensenhanden niet gediend alsof Hij iets nodig heeft, omdat Hij Zelf aan allen het leven, de adem en alle dingen geeft. En Hij maakte uit één bloed heel het menselijke geslacht om op heel de aardbodem te wonen; en Hij heeft de hun van tevoren toegemeten tijden bepaald, en de grenzen van hun woongebied, opdat zij de Heere zouden zoeken, of zij Hem misschien al tastend zouden mogen vinden, hoewel Hij niet ver is van ieder van ons.” (Handelingen 17:24-27 HSV)

Hier staat geschreven dat de mens op aarde leeft om God te zoeken!
Hoe heerlijk is het dan dat de Eeuwige keer op keer belooft dat als wij Hem oprecht zoeken, Hij Zich zal laten vinden:
“Dan zult u daar de HEERE, uw God, zoeken en u zult Hem vinden, als u Hem met heel uw hart en met heel uw ziel zoekt.” (Deuteronomium 4:29 HSV)

“Ik heb lief wie Mij liefhebben, en wie Mij ernstig zoeken, zullen Mij vinden.” (Spreuken 8:17 HSV)

“U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart.” (Jeremia 29:13 HSV)

Onze liefdevolle Verlosser herhaalde deze geweldige belofte:
“Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.” (Mattheüs 7:7-8 HSV)


Waarom moet een mens God zoeken en vinden?
Omdat het altijd de bedoeling is geweest dat de mens in heerlijke gemeenschap met God zou leven. Lees wat Paulus schrijft:
“Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God, en worden om niet gerechtvaardigd door Zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus.” (Romeinen 3:23-24 HSV)

De straf voor de zonde en het niet geloven in Jezus Christus en Zijn verlossende werk is niet zo zeer de hel, zoals de poel van vuur in de volksmond wordt genoemd, maar het missen van het heerlijk samenzijn met de Drieënige God zoals het eenmaal was in de Hof van Eden.

Wat gebeurt er dan als een mens God vindt?
Dan komt de Heilige Geest in hem/haar werken en laat de mens zien dat hij/zij zondig tegenover God staat:
“En als Die gekomen is, zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel:” (Johannes 16:8 HSV)

Wat is zonde?

De Engelse dominee John Bunyan, bekend van het boek "De pelgrimsreis naar de eeuwigheid" wat hij in de gevangenis schreef (hij verbleef daar vanwege zijn geloof in Jezus Christus), omschreef de zonde als volgt:

Zonde is
het uitdagen van Gods gerechtigheid,
de verkrachting van Zijn genade,
het beschimpen van Zijn geduld,
het onderschatten van Zijn macht,
en het minachten van Zijn liefde!


De prins der predikers, dominee Spurgeon leerde zijn studenten eens de volgende les over zonde:
"Jullie zullen wel herinneren, dat ik toen een groot stuk scharlakenrood laken heb laten zien. Ik had mijn lieve vrouw verzocht om het aan een sterke proef te onderwerpen. Ik zou niet kunnen zeggen hoeveel maal het gespoeld en gewassen, gewreven en gekookt was. Het was rood, toen het in de pan ging, en het was even rood, toen het eruit kwam; men kan die kleur er niet uitkrijgen. Ik heb gehoord, dat van rode vodden geen ander papier gemaakt kan worden dan het rode vloeipapier, omdat men er de kleur niet uit kan krijgen. Zo is het ook met onze zonden; ze kleven ons aan als rode vlekken, wij kunnen ze zonder de Here Jezus niet wegkrijgen, welk een moeite wij er ons ook voor geven; maar zo wij gewassen zijn in Zijn dierbaar bloed, worden wij wit als sneeuw. Niet slechts gaat de rode kleur weg, maar er blijft niet het minste vlekje van over."

Deze les was gebaseerd op de tekst:
“...Al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen wit worden als sneeuw; al waren ze rood als karmozijn, ze zullen worden als witte wol.” (Jesaja 1:18b HSV)

en ongetwijfeld ook op wat de apostel Johannes schreef:
“En dit is de boodschap die wij van Hem gehoord hebben en aan u verkondigen, dat God licht is en dat in Hem in het geheel geen duisternis is. Als wij zeggen dat wij gemeenschap met Hem hebben en wij toch in de duisternis wandelen, liegen wij en doen de waarheid niet. Maar als wij in het licht wandelen, zoals Hij in het licht is, hebben wij gemeenschap met elkaar, en het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde. Als wij zeggen dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en is de waarheid niet in ons. Als wij onze zonden belijden: Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid.” (1 Johannes 1:5-9 HSV)

De Schepper van hemel en aarde heeft een heerlijke belofte gegeven aan een ieder die hem oprecht zoekt:
“Ik, Ik ben het Die uw overtredingen uitdelgt omwille van Mijzelf, en aan uw zonden denk Ik niet.” (Jesaja 43:25 HSV)

Als de overtuigde zondaar Jezus aanroept en vraagt om verlossing, komt Hij ook:
“Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij.” (Openbaring 3:20 HSV)

Dan zal Jezus in zijn/haar leven komen, alle zonden worden vergeven en vergeten, er vindt een geestelijke wedergeboorte plaats, er zal een liefdevolle relatie beginnen, en die relatie zal geen einde kennen!

Zo'n wedergeboren Christen ontvangt dan eeuwig leven en een rust en vrede in zijn/haar hart, welke alle stormen op de levenszee kan doorstaan. Want stormen zullen er komen, al is het maar om te kijken hoe diep de liefde voor God bij Zijn kind aanwezig is. Echter, als Jezus de kapitein van het schip mag zijn, loopt de gelovige geen gevaar:
“De HEERE is goed, Hij is tot een vesting op de dag van de benauwdheid. Hij kent hen die tot Hem hun toevlucht nemen.” (Nahum 1:7 HSV)

De Christen moet natuurlijk niet in paniek úit de boot springen, maar volharden in zijn/haar vertrouwen in de Kapitein. Als zijn/haar liefde oprecht is kan de gelovige de volgende woorden uit de Schrift beamen:
“Maar in alles bewijzen wij onszelf als dienaars van God, in veel volharding: in verdrukkingen, in noden, in benauwdheden,” (2 Corinthiërs 6:4 HSV)

De zin van het leven is dus: God zoeken, Hem vinden en een relatie met Hem hebben.

Het zoeken houdt echter niet op na de wedergeboorte, een Christen behoort dit dagelijks te doen om dicht bij de Drieënige God te blijven, zo een hechte relatie met Hen op te bouwen met als doel om gelijkvormig aan Christus te worden:
“Want hen die Hij van tevoren gekend heeft, heeft Hij er ook van tevoren toe bestemd om aan het beeld van Zijn Zoon gelijkvormig te zijn...” (Romeinen 8:29a HSV)

Vanuit die relatie kan dan worden gewerkt aan de opdracht, welke Jezus aan Zijn discpelen gaf:
“Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen.” (Mattheüs 28:19 HSV)

De Messias wist dat mensen nooit in staat zouden zijn om dit werk alleen te doen, dus beloofde Hij:
“En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld. Amen.” (Mattheüs 28:20 HSV)

De Heiland is elke dag bij Zijn discipelen en wil hen helpen om Zijn Evangelie te verspreiden. Laten wij dus niet bang zijn om van Hem te getuigen.

Als u dit artikel leest en u heeft Jezus nog niet aangenomen als Verlosser, denk dan a.u.b. nog eens goed na over de vraag of uw leven zin heeft of niet.

Wilt u zin aan uw leven geven? Zoek dan oprecht naar Jezus, Hij laat Zich vinden, dat heeft Hij beloofd!

“Want God heeft ons niet bestemd tot toorn, maar tot het verkrijgen van de zaligheid, door onze Heere Jezus Christus,” (1 Thessalonicen 5:9 HSV)

Dit hoeft niet op een krampachtige manier te gebeuren, God heeft in Zijn Woord aangegeven hoe we dienen te leven:
“Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niets anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God.” (Micha 6:8 HSV)


*

2 opmerkingen:

  1. Fred,
    Meer dan uitstekend stuk. Buitengewoon goed opgebouwd vanuit de schrift. Dank voor je bijdrage.
    Ps: wanneer ga je ons een keer voor?

    Gr Willem de J

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Beste Fred,
    Via Willem kom ik op je blog en na je artikel te hebben gelezen kom ik tot de fantastische ontdekking dat God je meerdere talenten heeft gegeven. Bedankt voor je duidelijke uitleg van wat voor zin ons leven heeft.
    Zegen en hartelijk groet,
    Dick Kooij

    BeantwoordenVerwijderen