Zoals beloofd gaat dit artikel over het beest en de valse profeet.
Beiden worden genoemd in het Bijbelboek Openbaring. Bijzonder is dat er twee verschillende beesten worden genoemd welke toch ook weer met elkaar verbonden lijken te zijn. De apostel Johannes vertelt:
“En ik stond op het zand bij de zee. En ik zag uit de zee een beest opkomen, dat zeven koppen en tien horens had, en op zijn horens waren tien diademen, en op zijn koppen een godslasterlijke naam. En het beest dat ik zag, leek op een panter, en zijn poten waren als die van een beer, en zijn muil was als de muil van een leeuw. En de draak gaf hem zijn kracht, zijn troon en grote macht.” (Openbaring 13:1-2 HSV)
Het beeld van beesten welke opkomen vanuit de zee zien we ook in het zevende hoofdstuk van het boek Daniël:
“Daniël nam het woord en zei: ‘s Nachts in mijn visioen keek ik toe, en zie, de vier winden van de hemel zweepten de grote zee op, en vier grote dieren stegen op uit de zee, die van elkaar verschilden...Die grote dieren, die vier in getal zijn, zijn vier koningen, die uit de aarde zullen opstaan...Hij zei het volgende: Het vierde dier zal het vierde koninkrijk op aarde zijn, dat verschillen zal van al de andere koninkrijken. Het zal heel de aarde verslinden, het zal haar vertrappen en haar verbrijzelen. En de tien horens duiden aan dat uit dat koninkrijk tien koningen zullen opstaan, en na hen zal een ander opstaan. Die zal verschillen van die er eerder geweest waren. Drie koningen zal hij vernederen.” (Daniël 7:2-3 en 17 en 23-24 HSV)
Het eerste beest uit Openbaring 13 is dus niet een persoon maar een Rijk zoals bijvoorbeeld het oude Romeinse Rijk. Bijbeluitleggers denken verschillend over dit Rijk, de één denkt aan een in de eindtijd herrezen Romeins Rijk (in de vorm van de Europese Gemeenschap?), de ander heeft een totaal afwijkend idee.
Waarom is het toch dat als er negatief nieuws over het Christelijk geloof wordt bekendgemaakt het veelal over de Rooms-Katholieke kerk gaat?
Is het omdat de leer van die kerk vanaf het begin niet zuiver was?
Ofschoon de Bijbelteksten ook op een toekomstig Rijk zouden kunnen slaan is het opvallend dat vele welke het eerste beest beschrijven toepasbaar zijn op het "Vaticaanse Rijk".
We zullen er een aantal bekijken.
1. “En ik stond op het zand bij de zee. En ik zag uit de zee een beest opkomen, dat zeven koppen en tien horens had, en op zijn horens waren tien diademen, en op zijn koppen een godslasterlijke naam.” (Openbaring 13:1 HSV)
"de zeven koppen" duiden op de zeven bergen waarop Rome gebouwd is, zoals kan worden geconcludeerd uit onderstaande Bijbelteksten een beeld wordt geschetst van een vrouw (de grote hoer) welke ook een stad is, gedragen door het beest:
“En de engel zei tegen mij: Waarom verwondert u zich? Ik zal u het geheimenis vertellen van de vrouw en van het beest dat haar draagt, dat de zeven koppen heeft en de tien horens...Hier blijkt het verstand dat wijsheid heeft. De zeven koppen zijn zeven bergen, waarop de vrouw zit...En de vrouw die u gezien hebt, is de grote stad, die koninklijke heerschappij voert over de koningen van de aarde.” (Openbaring 17:7, 9 en 18 HSV)
"de tien horens" duiden op tien koningen welke hun macht kregen van het beest, "de tien kronen" duiden op het feit dat het gekroonde koningen waren.
In het Romeinse Rijk was de kroon alleen voor de keizer. In het Vaticaanse Rijk kroonde de paus koningen en keizers!
"een godslasterlijke naam" - de paus draagt o.a. de titel "Heilige Vader" terwijl Messias Jezus zei:
“En u mag niemand op de aarde uw vader noemen, want Eén is uw Vader, namelijk Hij Die in de hemelen is.” (Mattheüs 23:9 HSV)
Ook draagt hij de titel "plaatsvervanger van Christus" ondanks wat onze Verlosser zijn discipelen vertelde:
“Maar Ik zeg u de waarheid: Het is nuttig voor u dat Ik wegga, want als Ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen; maar als Ik heenga, zal Ik Hem naar u toe zenden. En als Die gekomen is, zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel: van zonde, omdat zij niet in Mij geloven; van gerechtigheid, omdat Ik heenga naar Mijn Vader en u Mij niet meer zult zien;” (Johannes 16:7-10 HSV)
De Heilige Geest kwam als vervanger van onze Zaligmaker en zou/zal de wereld overtuigen van zonde. De Rooms-Katholieke kerk daarentegen onthield de gewone burger de Heilige Schrift, dus hoe kon men overtuigd worden?
Een andere titel van de paus is "Pontifex Maximus" welke is overgenomen van de Romeinse godsdienst. Deze Latijnse titel betekent zoiets als "grootste weg/brug (over water?) wat erop lijkt te duiden dat de paus de weg tot God is terwijl Jezus zei:
“...Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.” (Johannes 14:6 HSV)
Paus Gregorius VII (1020-1085) maakte het héél bont door o.a. het volgende te dicteren in zijn "Dictatus Papae":
Alleen de Roomse Kerk is door God gesticht.
Alleen de bisschop van Rome mag zich oecumenisch noemen.
Alleen hij mag bisschoppen benoemen, afzetten of genade verlenen.
Alle prinsen moeten de voeten van de paus kussen.
De paus heeft het recht keizers af te zetten.
Niemand kan zijn besluit ontkrachten, hij alleen kan vonnissen nietig verklaren.
Niemand kan over hem recht spreken.
De Roomse Kerk heeft zich nooit vergist en kan zich, volgens de getuigenis in de Bijbel, ook nooit vergissen, enz.
2. “En ik zag een van zijn koppen als dodelijk gewond, maar zijn dodelijke wond werd genezen. En de hele aarde ging het beest met verwondering achterna.” (Openbaring 13:3 HSV)
Sommige Bijbeluitleggers menen dat deze tekst duidt op de val van het Romeinse Rijk ("als dodelijk gewond") waarna het Vaticaanse Rijk opstond. Anderen menen dat de bijna fatale wond werd veroorzaakt door de Reformatie waardoor het Vaticaanse Rijk een flinke aderlating moest ondergaan.
Daarnaast zijn er nog andere optie, ik citeer een m.i. interessante uit een artikel van www.dagelijksmanna.net:
De geschiedenis bevestigt het feit dat het pausdom precies 1.260 jaar heerschappij voerde. In 533 A.D vaardigde Keizer Justinianus een decreet uit waarin hij de bisschop van Rome erkende als "het hoofd van alle heilige kerken." Maar volledig oppergezag kon niet gerealiseerd worden zolang de Ostrogoten macht hadden te Rome. U herinnert zich misschien dat de Ostrogoten de laatste van de drie koninkrijken was die het gezag van de bisschop van Rome niet erkenden. In 538 echter werden de Ostrogoten volledig verslagen. De bisschop van Rome met een onbetwist politiek en kerkelijke gezag, was nu de machtigste man in het Westen. Het jaar 538 dan luidt het begin in van de 1.260 jaren van pauselijke overheersing.
Op 10 februari 1798 drong Napoleon's generaal Berthier Rome binnen en nam de paus gevangen. Kort daarna stierf de paus te Valence in Frankrijk. Het jaar 1798 betekende zo het einde van de 1.260 jaar durende heerschappij van het pausdom.
In 1870 nam de Italiaanse regering bezit van Rome. Maar in 1929 ontmoette Kardinaal Gasparri, eerste minister Mussolini in het Lateraans paleis waar het verdrag van Lateranen werd ondertekend waardoor de Paus terug politieke macht kreeg.
De "Catholic Advocate" in Australie (18 april, 1929, p. 16) zei dat het effect de "genezing van een 59-jarige wond" zou zijn. De voorpagina van de San Francisco Chronicle van 12 februari, 1929 had als krantenkop: "Jarenlange wonde genezen". Het verslag dat de Associated Press van de gebeurtenis gaf vermeldde: "Door hun handtekening te plaatsen onder het gedenkwaardig document, werd de wond die sinds 1870 zwerende was, genezen. Van beide kanten toonde men een uitzonderlijke hartelijkheid". Zo werd het Vaticaan in 1929 erkend als een onafhankelijke staat met de paus als koning. Religieuze en burgerlijke macht waren terug verenigd in het pauselijke ambt.
Op 9 maart 1929 kon de paus zeggen: "De volkeren van deze wereld staan achter ons."
In bovenstaand verhaal komt driemaal naar voren dat het pausdom twaalfhonderd en zestig jaren regeerde. Dit getal doet ons denken aan de 1.260 dagen uit Openbaring 11:3 en 12:6, de 42 Bijbelse maanden van 30 dagen uit Openbaring 13:5 en de "tijd, tijden en een halve tijd" uit Daniël 7:25 (dit laatste begrip duidt op 3,5 jaren, wat ook 42 maanden is), de tijd die aan het beest gegeven is om zijn kwade werken te doen:
“En het werd een mond gegeven om grote woorden en godslasteringen te spreken, en het werd macht gegeven om dit tweeënveertig maanden lang te doen.” (Openbaring 13:5 HSV)
3. “En zij aanbaden de draak, omdat hij aan het beest macht gegeven had. En zij aanbaden het beest en zeiden: Wie is aan dit beest gelijk? En wie kan er oorlog tegen voeren?” (Openbaring 13:4 HSV)
Je kunt je serieus afvragen wie je nu werkelijk aanbidt als je de paus "Heilige Vader" noemt. Wiens wil geschiede op aarde?
4. “En het beest werd macht gegeven om oorlog te voeren tegen de heiligen en om hen te overwinnen, en hem werd macht gegeven over elke stam, taal en volk.” (Openbaring 13:7 HSV)
Door de eeuwen heen heeft de Rooms-Katholieke kerk oorlog gevoerd tegen de heiligen:
a. door ze het Woord van God te onthouden
In de besluiten van het Concilie van Trente kan men de volgende zinsnede vinden:
"Aangezien het uit de ervaring gebleken is, dat, wanneer het aan iedereen zonder onderscheid vergund wordt de Heilige Bijbel te lezen in de gewone taal, hier vanwege de roekeloosheid der mensen meer kwaad dan goed uit voorkomt, zo moet het aan het goedvinden van de bisschop of inquisiteur, met advies van de geestelijke der parochie of van de biechtvader, overgelaten worden om de lezing der Bijbel, vertaald door Rooms-katholieke schrijvers, toe te staan aan hen, die naar hun oordeel er in geloof en godsvrucht door zouden toenemen. Deze vergunning moet hun schriftelijk gegeven worden; en wie zonder vergunning het aandurft om zulke Bijbels te lezen of in zijn bezit te hebben, zal geen absolutie ontvangen, totdat hij ze aan de geestelijke heeft teruggegeven."
In het boek "Prins der predikers" (over het leven van Charles H. Spurgeon) wordt op deze opmerking als volgt gereageerd:
"Afgrijselijke godslastering! De kerk van Rome vergunt dus aan de Almachtige om onder zekere omstandigheden tot Zijn schepselen te spreken! Zij vergunt de gevallen, zondige mens om somtijds het Woord van de Schepper te horen!.....Zich de macht aan te matigen om aan Gods schepselen verlof te geven, om te horen wat God zal spreken, dat is zich een macht aan te matigen, die minstens aan die van God gelijk is, benevens het recht om de wijze, waarop Hij Zijn wil aan Zijn schepselen bekend zal maken, te kontroleren en te regelen."
Het was, voordat de hervorming van Luther tot stand kwam, geen ongewone zaak om ketters te verbranden met de Bijbel om hun hals gebonden. In 1841 heeft de bisschop van Nizza al de Franse Bijbels, welke hij kon bemachtigen, verbrand.
Het lezen van de Schrift werd door de Roomse kerk aan banden gelegd, terwijl Gods Woord o.m. het volgende zegt:
“Zoek het na in het boek van de HEERE en lees: niet één van hen zal er ontbreken, zij zullen elkaar niet missen, want Mijn mond heeft het zelf geboden en Zijn Geest Zelf zal hen bijeenbrengen.” (Jesaja 34:16 HSV)
“En neem de helm van de zaligheid en het zwaard van de Geest, dat is Gods Woord,” (Efeziërs 6:17 HSV)
“En dezen waren edeler van gezindheid dan die in Thessalonica, want zij ontvingen het Woord met grote bereidwilligheid en onderzochten dagelijks de Schriften om te zien of die dingen zo waren.” (Handelingen 17:11 HSV)
“Want alles wat eertijds geschreven is, is tot onze onderwijzing eerder geschreven, opdat wij in de weg van volharding en vertroosting door de Schriften de hoop zouden behouden.” (Romeinen 15:4 HSV)
Er bestaat m.i. niet veel erger dan de mensen Gods Woord te onthouden!
b. door andersdenkende Christenen te vervolgen, te martelen en te vermoorden d.m.v. haar "heilige" inquisitie
Over de manier waarop een paus met de Orde van Tempeliers afrekende, citeer ik uit Wikipedia:
De Tempeliers werden snel, mede dankzij de gelofte van armoede, een zeer rijke orde, die overal in het koninkrijk Jeruzalem en in Europa grote landerijen bezat. Dit kwam door de steun van vele edelen. Wanneer edelen toetraden tot de orde, kwamen ze hun persoonlijke gelofte van armoede na en schonken ze de orde al hun bezittingen. Al snel werd de Orde een van de belangrijkste bankiers van de westerse wereld, omdat zij vrijgesteld was van belastingen. De schuldbrief (te vergelijken met een cheque) zou een uitvinding zijn van hen.
Tijdens de kruistochten waren er ook langere vreedzame perioden waarin contacten werden aangeknoopt met de Arabische bevolking. De Tempeliers waren door hun contacten met de Arabische beschaving bekend geraakt met de indertijd in het achtergebleven West-Europa nog onbekende levenskunst, filosofie en wetenschap van deze cultuur. De ridders waren hun Europese tijdgenoten daardoor ontgroeid.
De internationaal werkende orde vervoerde grote geldsommen van en naar het Heilige Land. De orde ontwikkelde zich daardoor tot een internationaal bankiershuis. Zo stond de koning van Frankrijk zwaar in de schuld bij hen. Samen met hun groeiende machtspositie zou dit de aanleiding geweest kunnen zijn voor de Franse koning Filips de Schone om de orde te laten vervolgen wegens ketterij. Dit gebeurde na jarenlange politieke druk op de paus, waarbij de koning zelfs twee pausen liet vermoorden tot een vertrouweling van hem (paus Clemens V) werd verkozen. Op vrijdag 13 oktober 1307, werden veel leden van de orde op bevel van Filips gevangengenomen en beschuldigd van ketterij. In de pauselijke bul "Pastoralis praeeminentiae" van 22 november 1307 aan alle christelijke heersers werd de arrestatie van alle Tempeliers bevolen alsmede de inbeslagname van al hun roerende en onroerende goederen die daarmee aan de kerk vervielen. Het luidde een lange reeks vervolgingen in door vrijwel heel Europa.
De laatste grootmeester van de Tempeliers was Jacques de Molay, hij stierf op 18 maart 1314 in Parijs op de brandstapel. De Molay heeft gedurende zijn (schijn)proces altijd gezwegen. De beschuldigingen van ketterij, homoseksualiteit en aanbidding van "Baphomet" waren voor die tijd ongehoord. Het verhaal wil dat de Molay op de brandstapel de koning en de paus vervloekte: beiden stierven nog geen jaar later.
Nadat de orde van de Tempeliers was opgeheven, werden veel leden en bezittingen opgenomen door de Hospitaalridders.
In Portugal werden de Tempeliers vrijgesproken en veranderden ze hun naam in Ridders van Christus.
Eind 2007 (700 jaren later!) verklaarde het Vaticaan de Tempelridders niet langer ketters. Uit een oud document blijkt immers dat paus Clemens V de Tempelridders al in 1314 heeft vrijgesproken van godslastering, hen de pauselijke absolutie heeft geschonken en hen om vergiffenis heeft gevraagd.
Dit is slechts één van de talloze smetten op de Rooms-Katholieke geloofsleer.
5. “...Kom, ik zal u het oordeel over de grote hoer laten zien, die aan vele wateren zit. Met haar hebben de koningen van de aarde hoererij bedreven, en de bewoners van de aarde zijn dronken geworden van de wijn van haar hoererij...En hij zei tegen mij: De wateren die u gezien hebt, waaraan de hoer zit, zijn volken, menigten, naties en talen.” (Openbaring 17:1b-2 en 15 HSV)
Zoals reeds eerder te lezen was is "de grote hoer" een stad op zeven bergen wat m.i. duidt op de stad Rome. De koningen hebben zich aan hoererij overgegeven door zich na de val van het Romeinse Rijk onder het gezag van de paus te stellen en de RK-kerk te overladen met goud, edelstenen e.d.
De Rooms-Katholieke kerkleiding was blijkbaar niet zo goed op de hoogte met de uitspraak van Jezus:
“Verzamel geen schatten voor u op de aarde, waar mot en roest ze verderven, en waar dieven inbreken en stelen;” (Mattheüs 6:19 HSV)
Om de bouw van de Sint-Pieter (1506-1615) te bekostigen verkocht men aflaten (een gedeeltelijke of volledige kwijtschelding voor God van tijdelijke straffen) waarvan de levensduur overigens behoorlijk kon variëren. Tegen het verkopen van aflaten trok kerkhervormer Maarten Luther ten strijde door middel van zijn 95 stellingen. Ik citeer stelling nr. 86:
Of: waarom bouwt de paus nu niet liever de St. Pieterskerk van zijn eigen geld in plaats van dat van de arme christenen, terwijl toch zijn vermogen groter is dan dat van de rijkste Crassus?
6. “En de vrouw was bekleed met purper en scharlaken, en getooid met goud, edelgesteente en parels, en zij had een gouden drinkbeker in haar hand, vol van gruwelen en van onreinheid van haar hoererij.” (Openbaring 17:4 HSV)
"De vrouw" oftewel "de grote hoer" droeg purperen en scharlaken kleding. Het is bekend dat Julius Caesar zich als eerste een geheel purperen toga liet aanmeten. Purper en scharlaken zijn overigens ook de kleuren van de Rooms-Katholieke bisschoppen en priesters.
Zoals reeds bij punt 5 aangegeven verzamelde de RK-kerk veel edelmetalen en edelstenen maar ook de Romeinse keizers waren er niet vies van.
7. “En ik zag dat de vrouw dronken was van het bloed van de heiligen, en van het bloed van de getuigen van Jezus. En ik was bovenmate verwonderd toen ik haar zag.” (Openbaring 17:6 HSV)
Zowel het Romeinse Rijk alsmede het Vaticaanse Rijk bezondigden zich aan het vervolgen en vermoorden van Christenen (zie ook punt 4b).
8. “En de tien horens die u op het beest zag, die zullen de hoer haten, en haar verwoest en naakt maken, en zij zullen haar vlees eten, en haar met vuur verbranden. Want God heeft het in hun hart gegeven om Zijn plan uit te voeren en dit eensgezind te doen en hun koningschap aan het beest te geven, totdat de woorden van God volbracht zijn. En de vrouw die u gezien hebt, is de grote stad, die koninklijke heerschappij voert over de koningen van de aarde.” (Openbaring 17:16-18 HSV)
Deze tekst gaat over de val van het Rome en haar Rijk waarna de koningen zich onder de heerschappij van de paus stelden.
8. “En hij riep uit met krachtige stem: Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon, en een woonplaats van demonen geworden, een schuilplaats voor allerlei onreine geesten en een schuilplaats voor allerlei onreine en weerzinwekkende vogels.” (Openbaring 18:2 HSV)
Het Romeinse Rijk is gevallen en het Vaticaanse Rijk met haar onzuivere leer heeft haar plaats ingenomen. Maar ook daar komt een eind aan...
9. “En ik hoorde een andere stem uit de hemel zeggen: Ga uit haar weg, Mijn volk, opdat u geen deel hebt aan haar zonden, en opdat u niet van haar plagen zult ontvangen. Want haar zonden hebben zich opgestapeld tot aan de hemel, en God herinnerde Zich haar ongerechtigheden.” (Openbaring 18:4-5 HSV)
Zoals Lot Sodom moest verlaten opdat die zondige stad vernietigd kon worden, zo moeten de kinderen van God de stad Rome verlaten.
10. “En zij wierpen stof op hun hoofd en riepen huilend en treurend: Wee, wee de grote stad, waarin allen die schepen op zee hadden, rijk zijn geworden door haar weelde. Want in één uur is zij verwoest. Verblijd u over haar, hemel, heilige apostelen en profeten, want God heeft uw vonnis aan haar voltrokken. En een sterke engel hief een steen op als een grote molensteen, en wierp die in de zee, en zei: Zó zal Babylon, de grote stad, met geweld neergeworpen worden, en het zal nooit meer gevonden worden.” (Openbaring 18:19-21 HSV)
De door velen geliefde stad Rome zal in de toekomst op een dusdanige manier worden vernietigd dat zij nooit meer teruggevonden zal worden. Vergeet niet dat Rome het volk Israël onderdrukt heeft, het volk uit het Beloofde Land heeft weggevoerd en daarom (mede)verantwoordelijk is voor de huidige toestand in het Midden-Oosten tussen Joden en Palestijnen/Arabieren.
Het einde van het eerste beest.
Nu aandacht voor het tweede beest, dat door menigeen wordt aangeduid als dé antichrist:
“En ik zag een ander beest opkomen, uit de aarde, en het had twee horens, als die van het Lam, maar het sprak als de draak. En het oefent al de macht van het eerste beest voor zijn ogen uit, en het maakt dat de aarde en zij die er wonen het eerste beest aanbidden, waarvan de dodelijke wond genezen was.” (Openbaring 13:11-12 HSV)
Als het eerste beest een toekomstig Rijk vertegenwoordigt, zal het "ander beest" n.a.w. een wereldleider zijn. Echter, als het eerste beest inderdaad symbool staat voor de Rooms-Katholieke kerk, en in het bijzonder haar leer, dan is het vrijwel onmogelijk om het tweede beest los te zien van één of meerdere pausen.
We gaan verder op het reeds ingeslagen pad.
Als we naar de bovenstaande verzen 11 en 12 kijken, dan zien we dat het tweede beest enige gelijkenis vertoont met het Lam Gods. Wel, wil de paus niet al te graag de vervanger van Christus op aarde zijn? Hij laat zich graag aanbidden door het volk.
We gaan verder in Openbaring 13:
“En het misleidt hen die op de aarde wonen door middel van de tekenen die het gegeven zijn te doen voor de ogen van het beest. En het zegt tegen hen die op de aarde wonen, dat zij een beeld moeten maken voor het beest dat de wond van het zwaard had en weer levend werd.” (Openbaring 13:14 HSV)
Bij het maken van het beeld voor het beest kan worden gedacht aan een imago, maar bijvoorbeeld aan het beeld van de maagd Maria, wat zo kenmerkend is voor de Roomse kerk.
“En hem werd macht gegeven om een geest te geven aan het beeld van het beest, opdat het beeld van het beest zelfs zou spreken, en zou maken dat allen die het beeld van het beest niet zouden aanbidden, gedood zouden worden.” (Openbaring 13:15 HSV)
Hoevelen geloven niet dat de Maria-beelden kunnen spreken, lachen en/of huilen? Hoevelen geloven niet dat Maria aan hen is verschenen?
De paus en zijn Inquisitie hebben tallozen, welke zich niet tot de Rooms-Katholieke kerk wilden bekeren, vermoord op de meest gruwelijke manieren en dat in naam van onze Heiland Jezus Christus.
Waarom?
Zetten onze Heiland en Zijn apostelen aan tot moord en doodslag? Integendeel! Jezus leerde ons onze vijanden lief te hebben en hen te zegenen en waarschuwde Zijn volgelingen dat zíj vervolgd zouden worden:
“Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen;” (Mattheüs 5:44 HSV)
“Herinner u het woord dat Ik u gezegd heb: Een slaaf is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen; als zij Mijn woord in acht genomen hebben, zullen zij ook het uwe in acht nemen.” (Johannes 15:20 HSV)
In het Nieuwe Testament staat nergens de oproep tot geweld tegen mensen die niet willen luisteren en/of godslasterlijke taal uitslaan.
Jezus zei:
“En als ze u niet zullen ontvangen, vertrek dan uit die stad en schud ook het stof af van uw voeten, tot een getuigenis tegen hen.” (Lukas 9:5 HSV)
Van Paulus staat geschreven dat hij handelde naar Jezus' instructies:
“Maar toen zij zich verzetten en lasterden, schudde hij het stof van zijn kleren en zei tegen hen: Uw bloed zij op uw hoofd, ik ben rein; vanaf nu zal ik naar de heidenen gaan.” (Handelingen 18:6 HSV)
Dát is een werkwijze waar de pausen een voorbeeld aan hadden moeten nemen!
Terug naar het dertiende hoofdstuk van het boek Openbaring:
“En het maakt dat men aan allen, kleinen en groten, rijken en armen, vrijen en slaven een merkteken geeft op hun rechterhand of op hun voorhoofd,” (Openbaring 13:16 HSV)
In de tijd van het Romeinse Rijk was het al de gewoonte dat slaven een merkteken op hun voorhoofd kregen. Soldaten kregen dit in hun hand. De Joden bonden hun gebedsriemen op hun armen en hun voorhoofden. Heidenen waren gewend om hun lichaam met tekens van hun goden te merken.
In de Roomse kerk moeten bisschoppen, priesters e.d. hun rechterhand opsteken wanneer ze trouw beloven aan de paus en de kerk. De "gewone" volgelingen ontvangen door de doop een kruis van water op hun voorhoofd.
“en het maakt dat niemand kan kopen of verkopen, behalve hij die dat merkteken heeft, of de naam van het beest of het getal van zijn naam.” (Openbaring 13:17 HSV)
Net zoals tijdens de Tweede Wereldoorlog de Duitsers het leven van de Joden vrijwel onmogelijk maakten (ze werden, zoals bekend, niet meer als mensen beschouwd en daarom vrijwel nergens toegelaten), zo hebben diverse pauselijke concilies en synodes in de afgelopen eeuwen ook het leven van niet-Roomsen verzwaard. Zo deed bijvoorbeeld paus Alexander III het volk van de Waldenzen in het jaar 1173 in de ban, ze werden uitgesloten van de maatschappij.
Ik citeer uit een artikel van ds. K. Havinga, Ned. Hervormd predikant te Oud-Beijerland:
Ook in uitgestrekte kring werkte men (=de Waldenzen), zodat door hen de prediking van Gods Woord gebracht werd in Frankrijk, Duitsland, Italië en Nederland. Dit optreden met het Woord Gods moest hen in botsing brengen met de Roomse Kerk: pausen, conciliën, wereldlijke vorsten verbonden zich om hen tegen te staan, en de ban (1173) van Alexander III (paus van 1159-1181) kondigde het naderend onweer aan in de 12de eeuw. Zijn opvolgers wandelden in hetzelfde spoor zodat de vreedzame Waldenzen rust noch duur hadden van hen, die zich stedehouders van Christus noemen. Door de pauselijke ban getroffen, waren zij feitelijk van de maatschappij uitgesloten, zodat geen getrouwe zoon van de Roomse Kerk zich met hen wilde of durfde inlaten. Zij werden van eer en waardigheid beroofd; zij mochten geen testament maken, niet erven, hun doden niet op de gewone kerkhoven begraven. Hun goederen werden verbeurd verklaard, hun kinderen van de nalatenschap van de ouders uitgesloten, hun huizen omvergehaald. Als veldhoenders op de bergen werden zij gejaagd, gegrepen, aan de wereldlijke macht overgegeven en gedood. Geen vorst mocht ze in zijn gebied toelaten; de bevelhebbers van de steden moesten de poorten voor hen sluiten; geen dorp mocht ze verblijfplaats bieden. Die een verdachte aanwees of gevangen nam, kreeg, als bloedprijs, een derde van diens bezittingen. Die een ketter - welke naam hij dan ook droeg - niet aanwees of gevangen nam, of hem, uit gevoel van deernis, tersluiks liet ontsnappen, moest het overtreden van het pauselijk bevel met het verlies van een derde zijner bezitting boeten.
Helaas zijn er veel meer voorbeelden te noemen, hieronder nog één:
Talrijk zijn de vervolgingen, die de Waldenzen moesten verduren. In het zuiden van Frankrijk, waar zij sterk vertegenwoordigd waren, brak de storm het eerst los. In 1180, op aansporing van Innocentius III, (paus van 1179-1180) trok er een leger tegen hen op. Zij werden geslagen, maar niet vernietigd. Ze werden verstrooid, en zie, het Woord Gods werd daardoor in ruimer kring bekend.
Zoals zo vaak weet God een negatief gebeuren met een positieve uitkomst te laten eindigen!
Terug naar Openbaring 13:
“Hier is de wijsheid. Wie verstand heeft, laat hij het getal van het beest berekenen, want het is een getal van een mens, en zijn getal is zeshonderdzesenzestig.” (Openbaring 13:18 HSV)
Het meest bekende getal ter wereld: 666. Er zijn heel veel verschillende verklaringen en berekeningen aangaande deze drie cijfers. Er werden namelijk aan letters waarden toegekend waardoor een naam een getal kreeg.
Eén daarvan wil ik onder uw aandacht brengen:
de naam "LATEINOS", genoemd door Irenaeus (een schrijver welke luisterde naar Polycarp, een discipel van Johannes, de schrijver van het boek Openbaring), heeft als uitkomst 666:
λ 30, α 1, τ 300, ε 5, ι 10, ν 50, ο 70, ς 200
Deze naam staat symbool voor de Roomse kerk, welke ook wel de Latijnse kerk wordt genoemd. Denk ook aan het Latijnse Rijk, kijk maar naar Latijns-Amerika. De diensten werden/worden in het Latijn gehouden, de Bijbel werd in het Latijn bewaard, zodat de gewone burger Gods Woord niet zelf kon lezen.
In Openbaring 14 wordt beschreven hoe een engel het volgende oordeel over de volgelingen van het beest uitspreekt:
“En een derde engel volgde hen, die met een luide stem zei: Als iemand het beest en zijn beeld aanbidt, en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn hand ontvangt, dan zal hij ook drinken van de wijn van de toorn van God, die onvermengd is ingeschonken in de drinkbeker van Zijn toorn, en gepijnigd worden in vuur en zwavel voor het oog van de heilige engelen en van het Lam. En de rook van hun pijniging stijgt op tot in alle eeuwigheid, en zij die het beest en zijn beeld aanbidden, hebben dag en nacht geen rust, evenmin als iemand die het merkteken van zijn naam ontvangt.” (Openbaring 14:9-11 HSV)
Wat afschuwelijk dat er zovelen voor eeuwig verloren zullen gaan omdat ze misleid zijn.
Het tweede beest wordt door Johannes ook beschreven als "de valse profeet":
“En ik zag uit de bek van de draak, uit de bek van het beest en uit de mond van de valse profeet drie onreine geesten komen, als kikvorsen. Dit zijn namelijk de geesten van de demonen, die tekenen doen en die uitgaan naar de koningen van de aarde en van de hele wereld, om hen te verzamelen voor de oorlog van de grote dag van de almachtige God.” (Openbaring 16:13-14 HSV)
Ter voorbereiding op de laatste grote slag bij Jeruzalem toont de "satanische drieëenheid" haar ware gedaante. Door middel van demonen worden de groten van de aarde verzameld.
Helaas voor hen, ze hebben geen enkele kans:
“En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard, en Hij Die daarop zat, werd getrouw en waarachtig genoemd. En Hij oordeelt en voert oorlog in gerechtigheid. En Zijn ogen waren als een vuurvlam en op Zijn hoofd waren vele diademen. Hij had een naam, die opgeschreven was, en die niemand kent dan Hijzelf. En Hij was bekleed met een in bloed gedoopt bovenkleed, en Zijn naam luidt: Het Woord van God. En de legers in de hemel volgden Hem op witte paarden, gekleed in fijn linnen, wit en smetteloos. En uit Zijn mond kwam een scherp zwaard, opdat Hij daarmee de heidenvolken zou slaan. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren staf. En Hij treedt de wijnpersbak van de wijn van de grimmige toorn van de almachtige God. Er stond op Zijn bovenkleed en op Zijn dij deze naam geschreven: Koning der koningen en Heere der heren. En ik zag één engel dicht bij de zon staan, en hij riep met luide stem naar alle vogels die hoog aan de hemel vlogen: Kom en verzamel u voor het avondmaal van de grote God, om te eten vlees van koningen, en vlees van oversten over duizend, en vlees van machtigen, en vlees van paarden en van hen die daarop zitten, en vlees van alle vrijen en van slaven, kleinen en groten. En ik zag het beest en de koningen van de aarde en hun legers bijeenverzameld om oorlog te voeren tegen Hem Die op het paard zat, en tegen Zijn leger. En het beest werd gegrepen, en met hem de valse profeet, die in zijn tegenwoordigheid de tekenen gedaan had, waardoor hij hen misleid had die het merkteken van het beest ontvangen hadden en die zijn beeld aanbeden hadden. Deze twee werden levend geworpen in de poel van vuur, die van zwavel brandt. En de overigen werden gedood met het zwaard van Hem Die op het paard zat, namelijk het zwaard dat uit Zijn mond kwam. En alle vogels werden verzadigd met hun vlees.” (Openbaring 19:11-21 HSV)
Het beest en de valse profeet worden eenvoudigweg gegrepen, niet gedood maar levend in de poel van vuur geworpen, zij verdienen geen oordeel maar zijn direct veroordeeld. Hun medestanders worden wél gedood en zullen later worden geoordeeld.
Vanzelfsprekend worden met de beesten en de valse profeet óók toekomstige ideologiën, (wereld)regeringen en charismatische leiders bedoeld. Echter, de vele fouten van de Rooms-Katholieke leer en de door haar kerkleiding, door de eeuwen heen, achtergelaten immense, bloedige sporen vertonen m.i. teveel overeenkomsten met de hierboven aangehaalde Bijbelteksten om deze niet eens nader voor het voetlicht te brengen. Ik ben er dan ook van overtuigd dat de rol van het Romeinse/Vaticaanse Rijk nog niet uitgespeeld is, mede omdat in het boek Openbaring zo duidelijk beschreven is dat de stad Rome definitief vernietigd zal worden.
De prins der predikers, Charles H. Spurgeon, schreef in 1849 (op vijftienjarige leeftijd!) een 295 bladzijden tellend epistel met als titel: "Pausdom ontmaskerd (de antichrist en zijn gebroed)" waarin hij de handel en wandel van de Roomse kerk danig aan de kaak stelde. Ik bevind me dus in goed gezelschap.......
Laten we ons niet vergissen in de Vaticaanse kerkleiding: kaf lijkt van buiten veel op koren maar is leeg van binnen. Zo zijn er ook mensen die zich als Christen voordoen, maar het in werkelijkheid niet zijn.
Tot slot nog één tekst over het beest, uit het boek Daniël:
“Hij zei het volgende: Het vierde dier zal het vierde koninkrijk op aarde zijn, dat verschillen zal van al de andere koninkrijken. Het zal heel de aarde verslinden, het zal haar vertrappen en haar verbrijzelen. En de tien horens duiden aan dat uit dat koninkrijk tien koningen zullen opstaan, en na hen zal een ander opstaan. Die zal verschillen van die er eerder geweest waren. Drie koningen zal hij vernederen. Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken, de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde richten. Hij zal erop uit zijn bepaalde tijden en de wet te veranderen, en zij zullen in zijn hand worden overgegeven voor een tijd, tijden en een halve tijd.” (Daniël 7:23-25 HSV)
In de Rooms-Katholieke catechismus (zie http://www.stvitus.nl/kkk/) staan de tien geboden vermeld. Echter, waar Exodus 20 het volgende vermeldt over het tweede gebod:
“U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben. U zult voor uzelf geen beeld maken, geen enkele afbeelding van wat boven in de hemel, of beneden op de aarde of in het water onder de aarde is. U zult zich daarvoor niet neerbuigen, en die niet dienen, want Ik, de HEERE, uw God, ben een na-ijverig God, Die de misdaad van de vaderen vergeldt aan de kinderen, aan het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten,” (Exodus 20:3-5 HSV)
leert de Nederlandse Katholieke catechismus slechts dit:
Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
de Belgische formulering is nog korter:
Bovenal bemin één God.
Is dit niet Gods Wet veranderen om het gebruik van beelden te rechtvaardigen?
Is dat niet "beestachtig" ?
*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten