zaterdag 1 juni 2013

80 Dé koninklijke familie

Sinds 30 april van dit jaar heeft Nederland weer een koning. Na drie opeenvolgende koninginnen hebben we nu weer eens een vorst. Kroonprins Willem-Alexander werd tijdens een zogeheten "Verenigde Vergadering" van de Eerste en Tweede Kamer ingehuldigd als Koning van Nederland. Dit gebeurde in de Nieuwe Kerk te Amsterdam, al sinds 1814 de plek waar deze ceremoniën plaatsvinden.

Waarom hij en niet de buurman van twee huizen verder?

Hij behoort tot het huis Oranje-Nassau. De geschiedenis van dit Huis is sinds de vijftiende eeuw nauw verbonden met die van Nederland. Vanaf die tijd leveren de Oranjes als stadhouders, koningen en koninginnen een belangrijke bijdrage aan het bestuur van ons land. De band tussen het Huis Nassau en Nederland is ontstaan in 1403. Graaf Engelbrecht I van Nassau trouwde in dat jaar met Johanna van Polanen, vrouwe van Breda. Door hun groeiend familiebezit behoorden de Bredase Nassaus al snel tot de hoogste edelen van ons land.

Even een stukje geschiedenis:
Tot 1795 was Nederland een republiek die bestond uit een statenbond (een bond van onafhankelijke staten die op basis van een gezamenlijk verdrag een staat vormen), de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, waarbij de zeven gewesten autonoom waren maar het buitenlands beleid en defensie een zaak waren van de gewesten gezamenlijk. In de Franse tijd werd Nederland een eenheidsstaat, de Bataafse Republiek. Onder Lodewijk Napoleon werd Nederland voor het eerst een Koninkrijk, het Koninkrijk Holland. Dit duurde slechts vier jaar (1806-1810). In 1813 herwon Nederland zijn onafhankelijkheid. De zoon van de laatste stadhouder, Willem Frederik, keerde terug uit ballingschap en werd uitgeroepen tot soeverein vorst. De eerste Grondwet van de monarchie dateert uit 1814.

In 1815 bepaalde het Congres van Wenen dat de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden weer verenigd zouden worden. Willem Frederik riep zichzelf uit tot Koning van het nieuw ontstane Koninkrijk der Nederlanden: Koning Willem I. De Zuidelijke Nederlanden scheidden zich in 1830 af en in 1839 bij het Verdrag van Londen, erkende Nederland het nieuwe Koninkrijk België.

Tot 1839 maakte ook Luxemburg deel uit van het Koninkrijk der Nederlanden. Daarna was het als Groothertogdom in een personele unie verbonden met Nederland. De Koning was tevens Groothertog van Luxemburg. In 1890 kwam een eind aan de personele unie. Na het overlijden van Koning Willem III kon zijn dochter Wilhelmina als vrouw haar vader in Luxemburg niet opvolgen. Het hoofd van de andere tak van het Huis Nassau volgde Koning Willem III als Groothertog van Luxemburg op. (bron: http://www.koninklijkhuis.nl/encyclopedie/geschiedenis/koninkrijk-der-nederlanden/)


Sinds 1814 is Nederland een constitutionele monarchie. Dat betekent dat de positie van de Koning is vastgelegd in de constitutie, oftewel de Grondwet. De Koning is het staatshoofd en vormt samen met de ministers de regering. In een constitutionele monarchie valt het staatshoofd onder de ministeriële verantwoordelijkheid. Het Nederlandse parlement wordt in de Grondwet de Staten-Generaal genoemd. De Koning is volgens de Grondwet voorzitter van de Raad van State. Dit is een louter ceremoniële en symbolische functie. De dagelijkse leiding ligt in handen van de vice-president. (bron: http://www.koninklijkhuis.nl/encyclopedie/monarchie/)

Als de Koning overlijdt of troonsafstand doet, volgt zijn oudste zoon of dochter hem op.
Mocht het oudste kind van de Koning al eerder overleden zijn en wettige nakomelingen hebben, dan volgt zijn oudste kind zijn grootouder op. Als de Koning geen wettige nakomelingen heeft, is er een vaste volgorde waarin andere leden van het Koninklijk Huis het koningschap kunnen gaan vervullen.
De lijn van troonopvolging is vastgelegd in artikel 25 van de Grondwet. Prinses Beatrix volgde op 30 april 1980 haar moeder, Koningin Juliana, op. Na precies 33 jaar werd zij op 30 april 2013 opgevolgd door haar zoon, Prins Willem-Alexander. Prinses Catharina-Amalia, de Prinses van Oranje, is sindsdien de eerste in lijn van troonopvolging. (bron: http://www.koninklijkhuis.nl/encyclopedie/monarchie/koninklijk-huis/troonopvolging/)


Is het überhaupt goed dat Nederland een vorstenhuis heeft? Hoe staat de Bijbel tegenover een koninkrijk of een democratie?

Een democratie wordt niet echt besproken in de Bijbel, persoonlijk vind ik deze tekst wél van toepassing op het democratisch leven:
“In die dagen was er geen koning in Israël: eenieder deed wat juist was in zijn ogen.” (Richteren 17:6 HSV)

In een democratie bepaalt de mens zijn eigen wetten, hierdoor kunnen normen en waarden als het ware op de golven van de behoeften heen en weer worden geslingerd. Er is geen vast fundament. Zelfs de Grondwet wordt, indien gewenst, aangepast.
Mijns inziens is de kracht van een democratie dat met iedereen rekening moet worden gehouden, waardoor wij als Christen hier in alle vrijheid ons geloof mogen belijden, maar is dit tegelijkertijd haar zwakte omdat er ook veel, wat kwaad is in Gods ogen, wordt toegelaten.

De meerderheid beslist maar dient wel met de overigen rekening te houden. Er mag niemand worden gediscrimineerd volgens Artikel 1 van de Grondwet:
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.

Neem nu eens dit extreem voorbeeld:
Het homohuwelijk is nog steeds een "hot item" in de wereld. Als 95 procent van de Nederlandse bevolking als oprechte Christenen door het leven zou gaan zou er, zo lang als we een democratie zijn, vanwege de resterende 5 procent tóch een burgerlijk homohuwelijk moeten worden toegestaan omdat er m.i. anders gediscrimineerd zou worden. Naar mijn mening is het burgerlijk huwelijk een typisch democratisch product. Een kerkelijk homohuwelijk is Bijbels gezien ongepast en kan m.i. worden geweigerd op grond van Artikel 6 van onze Grondwet:
1. Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
2. De wet kan ter zake van de uitoefening van dit recht buiten gebouwen en besloten plaatsen regels stellen ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden.


Genoeg over de democratie.

Over een koninkrijk zegt de Bijbel veel meer. In 1 Samuël 8 kunnen we lezen hoe God reageerde op het verzoek van het volk om een koning te hebben:
“Zij zeiden tegen hem: Zie, u bent oud geworden en uw zonen gaan niet in uw wegen. Stel daarom een koning over ons aan om ons leiding te geven, zoals alle volken. Toen zij zeiden: Geef ons een koning om ons leiding te geven, was dit woord kwalijk in de ogen van Samuel. En Samuel bad tot de HEERE. Maar de HEERE zei tegen Samuel: Geef gehoor aan de stem van het volk in alles wat zij tegen u zeggen; want zij hebben ú niet verworpen, maar Míj hebben zij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zou zijn.” (1 Samuël 8:5-7 HSV)

De mens wilde zélf regeren in plaats van zich te onderwerpen aan de Schepper van hemel en aarde.

De Almachtige laat Samuël aan het volk vertellen wat een koning met zich meebrengt:
“Welnu, luister naar hun stem, maar waarschuw hen nadrukkelijk en maak hun de handelwijze bekend van de koning die over hen zal regeren. Daarop maakte Samuel al de woorden van de HEERE bekend aan het volk, dat een koning van hem verlangde. Hij zei: Dit zal de handelwijze zijn van de koning die over u regeren zal: hij zal uw zonen nemen om hen voor zich in te zetten bij zijn wagens en zijn ruiterij, en om hen voor zijn wagen uit te laten lopen. Hij zal hen aanstellen tot bevelhebbers over duizend en tot bevelhebbers over vijftig. Zij zullen zijn akker moeten ploegen, zijn oogst binnenhalen en zijn strijdwapens en zijn wagentuig maken. Uw dochters zal hij nemen als zalfbereidsters, kooksters en baksters. Uw akkers, uw wijngaarden en uw olijfgaarden, de beste zal hij nemen en ze aan zijn dienaren geven. Van uw zaaigoed en uw wijngaarden zal hij het tiende deel nemen en dat aan zijn hovelingen en zijn dienaren geven. Hij zal uw slaven, uw slavinnen, uw beste jongemannen en uw ezels nemen om daarmee zijn werk te doen. Hij zal het tiende deel van uw kudden nemen, en u zult hem tot slaven zijn. U zult het in die dagen uitschreeuwen vanwege uw koning, die u zich gekozen hebt, maar de HEERE zal u op die dag niet antwoorden.” (1 Samuël 8:9-18 HSV)

Het volk Israël was eigenwijs en bleef volhouden:
“Maar het volk weigerde naar de stem van Samuel te luisteren. Zij zeiden: Nee, er moet toch een koning over ons komen.” (1 Samuël 8:19 HSV)

Vervolgens werd Saul tot koning gekroond, en werd hij door God gezegend:
“En het gebeurde, toen Saul zich omkeerde om bij Samuel weg te gaan, dat God zijn hart in een ander veranderde; en al die tekenen overkwamen hem op die dag. Toen zij daar bij de heuvel kwamen, zie, een groep profeten kwam hem tegemoet; en de Geest van de HEERE werd vaardig over hem, en hij profeteerde in hun midden. Toen ieder die hem sinds jaar en dag kende, zag dat hij - zie! - met de profeten profeteerde, zei het volk, de een tegen de ander: Wat is er toch gebeurd met de zoon van Kis? Is Saul ook onder de profeten?” (1 Samuël 10:9-11 HSV)

Helaas, al vrij snel werd Saul hoogmoedig en overtrad hij, die als koning het voorbeeld moet geven, een specifiek gebod van God:
“Maar Samuel zei tegen Saul: U hebt dwaas gehandeld. U hebt het gebod van de HEERE, uw God, dat Hij u geboden heeft, niet in acht genomen. Anders zou de HEERE uw koningschap over Israël voor eeuwig bevestigd hebben,” (1 Samuël 13:13 HSV)

Toen werd er voor het eerst over David, "de man naar Gods hart", gesproken:
“maar nu zal uw koningschap geen stand houden. De HEERE heeft een man naar Zijn hart voor Zich uitgezocht, en de HEERE heeft hem de opdracht gegeven een vorst te zijn over Zijn volk, omdat u niet in acht genomen hebt wat de HEERE u geboden had.” (1 Samuël 13:14 HSV)

Ondanks het feit dat God Zich verworpen weet, wil Hij een gehoorzame koning tóch zegenen, zoals hij bij David deed. David gaf vervolgens zijn zoon Salomo de volgende woorden mee:
“Ik ga de weg van heel de aarde. Wees dan sterk en wees een man. Vervul je taak ten behoeve van de HEERE, je God, door in Zijn wegen te gaan, en door Zijn verordeningen, Zijn geboden, Zijn bepalingen en Zijn getuigenissen in acht te nemen, zoals geschreven staat in de wet van Mozes, opdat je verstandig zult handelen bij alles wat je doet, bij alles waar je je op richt. Opdat de HEERE Zijn woord dat Hij over mij gesproken heeft, gestand zal doen: Als jouw zonen op hun weg letten, door trouw met heel hun hart en met heel hun ziel voor Mijn aangezicht te wandelen, zal het je niet ontbreken aan een man op de troon van Israël.” (1 Koningen 2:2-4 HSV)

Helaas letten niet alle zonen goed op hun weg, ze dwaalden af en het koningshuis ging uiteindelijk verloren.

Ik bid dat koning Willem-Alexander, samen met zijn koningin Maxima, ons land op een God welgevallige wijze zal regeren. Hij heeft als voordeel dat hij uit een edele familie komt. Zijn laatste drie voorgangsters hebben dat tijdens hun regeringsperiodes (van 1890 tot 2013) wel bewezen.
We mogen blij zijn met een koningshuis dat boven de politieke partijen staat en het algemeen belang in het oog houdt. De partijen verdelen in meer of mindere mate nu eenmaal altijd hun aandacht tussen het algemeen en het partij belang, uiteindelijk willen de meeste politici worden herkozen...

Prinses Amalia, onze nieuwe kroonprinses, is een koningskind.
Wedergeboren Christenen zijn dat ook, zoals ik ook schreef aan het eind van mijn vorige artikel. Wij zijn kinderen van de Allerhoogste, leden van Koninklijke Familie, zullen we ons dan ook koninklijk gedragen en leven tot Zijn eer? In voor- en/of tegenspoed, bij vreugde of verdriet, onder dankzegging voor wat Hij ons dagelijks geeft en voor het offer dat Zijn Zoon Jezus Christus ten behoeve van ons heeft gebracht.

Tot slot nog een wijs woord van Prediker (koning Salomo, de wijste man die ooit op aarde leefde):
“Wee u, land, als uw koning een kind is, als uw vorsten ‘s morgens maaltijd houden. Gelukkig bent u, land, als uw koning een zoon van edelen is en uw vorsten op de juiste tijd maaltijd houden, tot versterking en niet om zich te bedrinken.” (Prediker 10:16-17 HSV)

2 opmerkingen:

  1. These are in fact impressive ideas in about blogging.
    You have touched some fastidious things here. Any way keep up
    wrinting.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. each time i used to read smaller articles or reviews which also clear their motive, and that is also happening with this piece of writing which
    I am reading at this time.

    BeantwoordenVerwijderen